Op weg naar het beweegparadijs.

SKSG is de grootste maatschappelijke kinderopvang van het noorden met meer dan 100 locaties in Groningen en het Westerkwartier. Als maatschappelijke stichting hebben ze anders dan bij een commerciële organisatie geen winstoogmerk. Wél een rendementsdoelstelling, omdat ze duurzaam willen investeren in de kwaliteit van hun opvang. Alles ten gunste van het kind. Want de droom van SKSG is ‘gelijke kansen voor alle kinderen’. Dat is nogal een claim weet ook Guido Heeringa, Manager Marketing & Klantadvies bij SKSG en stuurgroeplid van de Vitaliteitscampus. Hij vertelt over het belang van samenwerking op het gebied van vitaliteit en hoe SKSG zich inzet om hun kinderen en medewerkers vitaal te houden.

“Wat wij doen, kunnen we niet alleen. We zijn verbonden met onze omgeving, hebben anderen nodig om echt iets te bereiken”, stelt Guido. “Bijvoorbeeld in de wijken, waar we met jeugdzorg contact hebben, met het basisonderwijs en met andere instanties die binnen een wijk van belang zijn. Want alles rondom het kind concentreert zich vaak binnen een wijk. Kinderen spelen er, krijgen er onderwijs en opvang. Daar spelen wij een actieve rol, kijken we met een brede blik en werken we samen in het belang van het kind.” Dat SKSG met alleen fysieke kinderopvang niet alle kinderen bereikt is juist een reden om breder te kijken. “Wij richten ons op álle kinderen. Er is een grote groep van ouders die geen recht hebben op kinderopvangtoeslag of zorgsubsidie, maar waarvan de kinderen ook waarde zouden kunnen ervaren als ze naar de kinderopvang zouden komen. Daarom organiseren we in de zomervakantie activiteiten in de wijk. En we sluiten aan bij bestaande initiatieven waarin we met kinderen van niet-klanten in gesprek gaan.”

“In je jeugd wordt de basis
gelegd voor je toekomst.”

Vitaliteit van kinderen is één van de twee belangrijke redenen voor SKSG om te participeren in de Vitaliteitscampus. “Wij hebben het geluk dat we elke week zo’n 7.000 kinderen mogen ontvangen op onze locaties en dat we hun op een hele mooie manier kunnen meekrijgen in de wereld van morgen. Want veel van de gezondheidsproblemen die we vandaag de dag ervaren – overgewicht, roken, ongezond eten, weinig bewegen – zijn te herleiden naar onze jeugd. Groeide je op in een omgeving waarin veel werd bewogen, waren je ouders sportief, werd er gezond gegeten? In je jeugd wordt de basis gelegd voor je toekomst. Dan krijg je kaders mee en leer je normen en waarden die je meeneemt in de rest van je leven”, licht Guido toe. “In de Vitaliteitscampus gaat het over gezondheid, over beweging en voeding. En over mentale gezondheid, wereldburgerschap, erbij horen. Dat spel wordt ook binnen de kinderopvang gespeeld. Spelen is een ontzettend belangrijk draagmiddel om te kunnen ontwikkelen; spelend kun je heel goed dingen leren, ervaren, ontdekken. En daarmee beweeg je ook nog eens. Wij zien het als onze missie om kinderen al zo jong mogelijk te laten bewegen. Zo hebben we bijvoorbeeld bij het UMCG een heel mooi kinderdagverblijf, met in de tuin klimheuveltjes voor baby’s. Zo worden ze uitgedaagd om lekker te gaan ontdekken en te bewegen. Het zit in het DNA van onze organisatie om ons hier bewust mee bezig te houden.”

“Aanleren is makkelijker dan afleren.”

Zo koos SKSG zes jaar geleden als één van de eerste grote kinderopvangorganisaties in Nederland voor een gezond voedingsbeleid. Volgens Guido zorgde dit voor behoorlijk wat reuring. “Niet iedereen was het er direct mee eens dat kinderen geen ranja of chocopasta meer kregen. Maar we zien inmiddels dat onze kinderen net zo lief een lekkere cracker met zuivelspread eten en baby’s een groentehapje in plaats van een fruithapje. Zo leren we onze kinderen van jongs af aan te wennen aan een andere smaak, textuur, enzovoort. Immers, kinderen passen zich veel makkelijker aan dan volwassenen; aanleren is makkelijker dan afleren.”

“Deze benadering raakt iedereen binnen SKSG, raakt alles wat we doen. Want eigenlijk dekt het begrip kinderopvang niet langer de lading. Kinderopvang is letterlijk toezicht houden op een kind; het wordt gevoed en verschoond en kan lekker spelen. Aan het einde van de dag haal je het als ouder weer op. Waar we het hier over hebben is kindontwikkeling. Wij gaan niet alleen maar naar buiten, maar wroeten ook met onze handen in de grond, op zoek naar kriebelbeestjes. En we leggen uit hoe belangrijk die beestjes zijn voor de natuur. Of we laten een kind een appeltje schillen, zelf met een mesje. Dat doen we bewust omdat een kind moet leren omgaan met gevaar. Je kunt je snijden en dan krijg je een pleister, daar leer je van.” Guido refereert aan een onderzoek waarin men heeft gekeken naar de leef- en speelomgeving van een grootvader, een vader en een kind. Bij de grootvader was er nog sprake van ongelimiteerd spelen, tot wel 10 kilometer van zijn huis. Er was geen smartphone, er waren geen apps waarmee de ouders konden zien waar het kind was. En aan het eind van de dag kwam hij vies maar heel blij thuis. Bij de vader was de straal al gekrompen tot anderhalve kilometer en bij de kinderen van nu tot 200 meter. Uiteraard speelt mee dat het verkeer veel drukker is geworden, maar los daarvan zijn we de laatste jaren met elkaar wel heel erg voorzichtig geworden. Op eigenlijk alle fronten. Uit ander onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat in een speelpark met rubbertegels meer ongelukken plaatsvinden dan met gras of zand, zelfs met steen als ondergrond. Omdat een rubbertegel ongewild onveilig gedrag in de hand werkt. “Dit is een maatschappelijke ontwikkeling van de afgelopen 20 jaar. Daarom hebben we het in de kinderopvang over avontuurlijk spel. Daar mag je af en toe best een schram of een kras of een buil oplopen. Want daar leer je van. Dit past heel erg bij waar we met SKSG voor staan.”

“Een vitaal persoon incasseert makkelijker,
kan eerder weer vooruit.”

Het vak van pedagogisch medewerker – de dagelijkse praktijk van de meeste SKSG-medewerkers – is een fysiek vak. Je bent de hele dag in beweging; je tilt, knielt, bukt, staat en rent. Dat vraagt veel van je lijf. Om dat duurzaam goed vol te kunnen houden is vitaliteit ontzettend belangrijk. Dus is de vitaliteit van de eigen medewerkers een tweede belangrijke reden om aan te haken bij de Vitaliteitscampus. “SKSG stimuleert medewerkers om zelf ook gezond te eten en zoveel mogelijk te bewegen. Daar past aansluiting bij de Vitaliteitscampus heel goed bij”, verklaart Guido. “Ook omdat we niet altijd alles zelf al heel goed weten.” Zo hebben studenten van de Hanzehogeschool een project gedaan over de ergonomie van werken in de kinderopvang. Daar komen hele mooie adviezen uit, bijvoorbeeld over hoe je met kleine aanpassingen veel beter je lichaam kunt gebruiken. “Door te investeren in de vitaliteit van onze medewerkers zijn wij beter in staat om deze ontwikkelingen op te vangen”, zegt Guido. “Want de personeelstekorten in de kinderopvang zijn nijpend, terwijl het aantal kinderen nog steeds groeit.” Daarom organiseert SKSG van alles om beweging onder medewerkers te stimuleren: van een eigen sport- en beweegcoach en sportdagen tot het FicsFree®-programma waarmee vitaliteit hun zelfs fiscale voordelen oplevert. “Iemand die lekker in z’n vel zit is veerkrachtiger. We zagen natuurlijk dat corona extra spanningen en zorgen teweegbracht, boven op de normale drukke werkzaamheden. Zorgen om zelf besmet te raken, spanningen in het contact met ouders. Maar ook hygiëne op de groep en de zorg om als groep gezond te blijven. En spanning rondom sluitingen en lockdowns, soms acuut omdat roosters niet rondkwamen. Dit alles had behoorlijk impact en dan merk je dat iemand die zich goed voelt makkelijker kan incasseren. En weer vooruit kan.”

Naast kennis op het gebied van vitaliteit biedt de Vitaliteitscampus ook een netwerk van partijen die elkaar kunnen helpen. “Wij zijn elke dag bezig om onze kinderen te bewegen. Met eigen activiteiten, maar ook samen met anderen zoals mensen van Huis van de Sport, of van FC Groningen. En we bedenken steeds nieuwe dingen om zo veel mogelijk in beweging te zijn.” Als voorbeelden noemt Guido de beweeggang en het beweegatelier, twee projecten die SKSG doet binnen de Vitaliteitscampus. “We onderzoeken samen met studenten van Alfa-college en de Hanzehogeschool hoe we in groepsruimtes als een gang of lokaal aanleidingen kunnen creëren om te bewegen. Dus om ergens aan te hangen, tegen aan te duwen, mee te gooien, stuiteren, overheen te springen, op te klimmen, bedenk het maar.” Hiervoor bestaan uiteraard al (dure) oplossingen zoals digitale beweegvloeren, maar SKSG zoekt vooral naar slimme, praktische invullingen. “Samen met de studenten verdiepen we ons eerst in wat goede beweging inhoudt, bijvoorbeeld met behulp van het Athletic Skills Model en vervolgens hoe we dit praktisch kunnen maken. En niet alleen maken, maar ook observeren of het doet wat we willen. En aanpassen als het moet; misschien moet iets hangen. Of liggen. Moet het hoger of lager. En waarom kiest een kind voor het één en niet het ander? We weten zoveel nog niet.”

“Goed doen doet goed volgen.”

De kennis die SKSG hiermee opdoet wordt gedeeld in de Vitaliteitscampus zodat straks ook andere opvangcentra of scholen er gebruik van kunnen maken. Daarnaast is SKSG nauw betrokken bij de opzet van het curriculum van Mbo studenten. “Wij weten wat een medewerker in de kinderopvang nodig heeft. En we hebben er uiteraard baat bij dat de opleiding naadloos aansluit bij de praktijk. Want een afgestudeerde Mbo’er met een positief beweeggedrag, die zelf al actief bezig is met gezonde voeding, kan dit vervolgens overbrengen op onze kinderen. En bovendien hebben we dit soort toppers keihard nodig”, besluit Guido. SKSG zet maximaal in op vitaliteit, van kinderen en de eigen medewerkers. Met elkaar en voor elkaar. En op de weg naar het beweegparadijs zorgt de Vitaliteitscampus voor de versnelling.

 

 

Blijf op
de hoogte

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang interessante tips en weetjes over vitaliteit. Bovendien blijf je zo op de hoogte van initiatieven op het gebied van vitaliteit in de regio, zoals projecten, evenementen en verhalen.